Gilbert Roels (Met dank aan de families Van Cappellen en Boon)

Brouwerij Van Cappellen (en een beetje muziek & politiek)

In deze reeks willen we terugblikken op de talrijke brouwerijen die groot Merchtem ooit rijk was. En vanzelfsprekend komt tenslotte ook de nog bestaande brouwerij De Block uit Peizegem aan bod. We starten alvast met de brouwerij Van Cappellen.

  <<< De gebouwen van de voormalige brouwerij tussen de Bogaerdstraat en de Stoofstraat

Louis Van Cappellen richt in 1835 in Merchtem een brouwerij op. Hij brouwt bruin “tonnenbier”, met als soorten klein bier, goed bier en dobbel bier. Het Merchtems tonnenbier werd gebrouwen met goed af-geëest gerstmout. Er werd geen tarwe bijgevoegd, zoals bij lambiek (af-eesten is het stoppen van het kiemproces van de mout door er hete lucht door te blazen). Vanaf 1865 volgt een belangrijke uitbreiding van de brouwerijgebouwen tot een uitgestrekt complex rond de achterliggende binnenplaatsen. In 1871 krijgt Louis Van Cappellen er een nieuwe collega-brouwer bij: Florimont De Boeck, organist in Merchtem en gewezen wisselagent. De brouwerij van Florimont komt helaas moeilijk van de grond en op 12-jarige leeftijd ziet zijn zoon August De Boeck hoe de hele brouwerij van zijn vader openbaar verkocht wordt en in 1888 in handen komt van Corneel Van Ginderachter.

Brouwer Adolf Van Cappellen, die op zijn beurt zijn vader in 1875 is opgevolgd, zorgt voor een tijdelijke woonst voor de familie De Boeck. Het zal tussen deze families een vriendschapsband voor het leven smeden.

Hoewel August De Boeck goede banden heeft met beide maatschappijen, zet hij zich bijzonder in voor de Harmonie, vooral nadat Jules Van Cappellen (voorzitter van de Harmonie) in 1899 jong overlijdt en een brouwerij en een weduwe met 9 kleine kinderen achterlaat. De Boeck woont in Brussel maar komt graag naar Merchtem en laat niet na regelmatig in de brouwerij langs te lopen voor een goed glas bier. De    weduwe Van Cappellen-Clavareau, 38 jaar jong, is slechts 4 jaar ouder dan August. Hij houdt van haar gezelschap maar 9 kinderen grootbrengen, dat vindt hij vrouwenwerk... In enkele jaren tijd sterven 3 broers Van Cappellen en 1 schoonbroer maar de brouwerij wordt door de twee weduwen voortgezet.

Bierbrouwen gebeurde op de oude manier, in tonnen. De kwaliteit van het bier was aanvaardbaar maar niet erg stabiel. Bier verkopen voor de eerste wereldoorlog is ook een kwestie van de juiste uitleg geven. Is het bier een beetje te troebel, dan zegt men aan de klant dat dit het beste bewijs is dat het niet gefiltreerd is. Komt er geen schuim op het bier, dan is dat het bewijs dat er geen “stabilisateur” gebruikt is. Allemaal excuses om bier met fouten toch te kunnen verkopen. En wordt het bier veel te snel zuur, dan zegt de brouwer tegen zijn klant: “Gij drinkt te traag”.

De brouwerij van vader De Boeck (sinds 1888 in handen van Corneel Van Ginderachter) is moderner dan deze van Van Cappellen. Ook brouwer Corneel sterft echter jong en de brouwerij wordt verdergezet door zijn weduwe. Zo is het bierbrouwen in Merchtem tussen 1905 en 1910 grotendeels een vrouwenzaak.

De brouwerij Van Cappellen wordt verder uitgebreid tijdens het interbellum en na de tweede wereldoorlog. Vanaf de jaren twintig wordt onder meer de Cap-pils gebrouwen, zo genoemd naar de achternaam van Adolf en Charles Van Capellen. Tijdens de jaren 40 lanceert men het bier Cap-Ale en wordt de pvba Brouwerij Van Cappellen - De Pauw gesticht. In 1958 brengt de brouwerij nog Extra Cap op de markt en kent ze een hoogtepunt in haar productie.

Pierre Van Cappellen, zoon van Adolf en Suzanne De Pauw, is de laatste brouwer. De brouwerij stopt haar activiteiten in 1970 en wordt overgenomen door Stella Artois. En dat betekent meteen het einde van de Cap Ale.

 

Familiefoto (v.l.n.r.):

Boven: Jules, Adolf en Emiel Van Cappellen.

Midden: Ernest Clavareau junior (°1867), componist August De Boeck (1865-1937) en Ernest Clavareau senior, notaris (1830-1900)

Vooraan: Adrien Demay (echtg. van Jeanne Clavareau), Charles Clavareau (°1874) en Octave Clavareau (°1871)

De foto is genomen in de tuin van notaris Clavareau wellicht in 1889.